Waar het woensdag over gaat

Nu woensdag staat deel 2 van de bespreking van de interne audit van het stedelijk ziekenhuis geagendeerd. In dit dit tweede deel wordt de directeur van het stedelijk ziekenhuis gehoord.

Als ik de zaak probeer te analyseren valt deze in een aantal aspecten uiteen:

1. De bestelprocedure binnen het stedelijk ziekenhuis: de opeenvolging van regels en nieuwe regels, maar vooral de mate waarin die niet gevolgd werd.
2. De structuur binnen het stedelijk ziekenhuis: onaangepast aan de groei die dit bedrijf de laatste 20 à 30 jaar genomen heeft. Er bestaat een zeer beperkte structuur, met weinig inspraak, inzage en betrokkenheid. Geen interne controle en medezeggenschap van medewerkers, geen externe controle door bijvoorbeeld de financiële dienst, geen politieke controle door voorzitter, beheerscomité en raad voor maatschappelijk welzijn.
3. De cultuur binnen het stedelijk ziekenhuis: die er één is van laat het ons niet moeilijk maken, laat ons dat maar regelen, die regels komen van boven (OCMW, Brussel) en zijn dus per definitie slecht.
   
4. De persoon van de directeur van het stedelijk ziekenhuis: die in de mate waarin de in het rapport beschreven feiten niet weerlegd worden (dat zullen we dus woensdag horen)
1. of/en onbekwaam is
2. of/en doelbewust de (eigen) regels overtreed
5. De manier waarop de politieke meerderheid binnen de Raad voor Maatschappelijk Welzijn daarin gevolgd door de secretaris (maar meer dan waarschijnlijk omgekeerd) dit dossier meer dan een half jaar lang in de doofpot gestopt heeft, en dit nog altijd probeert te doen. Ze overtreedt daarbij fundamentele regels van elk soort democratie dat je maar kunt bedenken.

De meerderheid is momenteel nog lichtjes verdeeld, maar het is duidelijk dat een aantal onder hen momenteel volgende strategie proberen te ontwikkelen. We zouden die als volgt kunnen benoemen:

Minimaliseer wat er jarenlang gebeurd is,
Zwijg over wat wij ermee gedaan hebben,
Geloof in de nieuwe bijbel: onze heilige optimalisatiestudie

1. De interne audit is een vooral een zaak van bestelprocedures en dat hebben we eigenlijk al geregeld. Dat laatste klopt, het eerste deel van de bewering niet.
   
   
2. Het probleem van de structuur en de cultuur proberen we te vatten binnen de optimalisatiestudie. Let op het woordgebruik: geen externe audit (analyse, controle, vaststellen van de problemen) maar het veel opener, en vooral minder doortastende en vrijblijvende begrip "optimalisatiestudie". Deze "optimalisatiestudie" wordt in het geheim (ik kan het niet anders noemen) voorbereid door een aantal uitverkorenen (blijkbaar aangeduid door de burgemeester, die blijkbaar alleen een burgemeester van de meerderheid is).
   
   
3. Er wordt nu al gezegd... dat het lang zal duren, het is twintig dertig jaar lang gegroeid dat dit probleem niet nu door een concrete beslissing kan opgelost worden,.... snapt u hem. Vooruitschuiven naar een verre toekomst.
   
   
4. Er wordt duidelijk gesteld dat het geen probleem van een persoon zou zijn. En als het geen probleem van een persoon is, dan moeten we ook niets met de persoon doen hé?
   Die persoon is echter wel de directeur, de eindverantwoordelijke voor de cultuur en de structuur. Deze persoon kan niet(wellicht nooit) werken in een nieuwe cultuur en structuur. Los van de feiten die tegen hem voorliggen.
   Welk personeelslid van OCMW en Stedelijk Ziekenhuis kan hem dat permiteren?
   
   
5. Over de politieke verantwoordelijkheid: het jarenlang gedogen, stilzwijgen en toedekken reppen ze met geen woord. De enige toegift die tot nu toe gebeurd is is om een reglement goed te keuren dat eigenlijk niet eens goedgekeurd zou moeten worden: we mogen vanaf vorige zitting de brieven die aan ons gericht zijn lezen. We krijgen er nog niets een kopie van. Dit is Roeselare anno 2005, dit is het respect (van wie kwam dat ook weer?) voor de burger.

Mijn standpunt is voorlopig het volgende:

1. Op elk van de genoemde punten dient zowel op korte als op lange termijn een antwoord te komen.
2. Op korte termijn:
1. Bestel- en andere financiële procedures dienen scherp gesteld te worden.
   
2. Een aantal voorlopige wijzigingen in overleg tussen meerderheid en oppositie in
   
1. structuur
2. cultuur
3. personeel
3. Een scherp geformuleerde externe audit en optimalisatiestudie (voor mijn part mag het alle twee). Betrokkenheid van meerderheid en oppositie bij het opstellen van de vraag en in een opvolgingscommissie.
4. Duidelijke wijzigingen in de werking van de OCMW-raad en de comités zodat de politieke controle in OCMW en Stedelijk Ziekenhuis hersteld wordt.